Tuesday, August 08, 2006

Gluren








Gluren, gluren door het raam van de oudste moskee van Beersheva, een verlaten moskee. De gemeente Beerscheva staat moslims niet toe om gebruik te maken van de moskee, de samenkomst van moslims zou volgens de gemeente leiden tot radicalisering...Dus is de moskee sinds jaren verlaten. Om de moskee staat een groot hek, maar zoals altijd, kent ook dit hek gaten. Ik besluit om me niets aan te trekken van de Israelische legerpost aan de overkant, ik ga gluren.

Er ligt van alles op de grond; gebroken stenen, zand, glas en duivenpoep, maar ik zie ook; een mooie mozaiek vloer, beschilderde ramen, prachtig vormgegeven niesjes en rondvliegende duiven (het blijft me altijd weer verbazen, hoe de aanwezigheid van duiven vervallen gebouwen een romantisch karakter geeft).

Mijn gegluur maakt andere mensen nieuwsgierig, binnen no time verzameld zich een groep gluurders om mij heen. 'ooh' en 'aahh's' zijn het gevolg. Natuurlijk zijn er ook omstanders, die besluiten niet te gluren, gluren is tenslotte een overtreding.

Als ik niet had gegluurd, dan had ik nooit geweten hoe mooi de moskee van binnen is, ik had nooit geweten dat de zon verstoppertje speelt tussen de niesjes. Niet gluren, zou door de geesten van de voormalige imam's en bezoekers ook opgevat kunnen worden als een belediging. De moskee is immers het tastbare bewijs, dat zij, imam en volgeling, hebben geleefd, hier in Beershewa.

Gluren, is wellicht mijn manier, om de geesten te laten weten, dat ik hun aanwezigheid, hun zijn erken. De vele verlaten, verwoeste en beschadigde dorpen en huizen in Israel staan erbij, als stille getuigen aan wat eens was. Ze geven een dubbele boodschap, een boodschap van verlies en overwinning in een.

Gluren. Ik wil niet alleen gluren in Israel, ik wil ook kunnen gluren in eigen huis. Ik wil niet langer achter het hek blijven staan, bewaakt door het leger van de traditie en de goede orde. Ik ben het tastbare bewijs, het levende bewijs dat mijn grootmoeder heeft bestaan. De dochters van mijn vriendin Hawwa, de zusjes van Jamila, de zus van Nasra, de kleindochter van de slager aan de Regentesselaan, allemaal stille getuigen.

Allemaal verliezers en overwinnaars. Vrouwen die in leven bleven, terwijl de vrouwen die hen leven schonken of dezelfde baarmoeder met hen deelden, het leven voortijdig verlieten, als gevolg van huiselijk geweld. Op mijn oma en Jamila na, bliezen de rest van de vrouwen hun laatste adem uit in Nederland.

No comments: